Tongrustpositite

Een goede tongrustpositie is heel belangrijk. We hebben immers gemiddeld 88% van de dagtijd de tong in rustpositie ten opzichte van slechts 8% slikken en kauwen en 4% spreken. 
Verkeerd slikken of een verkeerde tongrustpositie kan leiden tot een verkeerde groei van de tanden of kan de doorbraak van tanden afremmen.

Normale rustpositie van de tong:

• Er moet een kleine ruimte tussen de kiezen gehouden worden van ongeveer 2 tot 4 mm
• Het contact tussen de boven- en onderlip moet gemakkelijk verlopen (niet te veel spanning)
• De tongpunt bevindt zich net achter de bovenste snijtanden
• Het middelste deel van de tong ligt net niet tegen het verhemelte
• Het achterste deel van de tong heeft contact met het achterste deel van het verhemelte

Afwijkingen van de tongrustpositie:

• De onderkaak is neergelaten (te grote ruimte tussen de tanden)
• De tong ligt plat in de mond tegen de onderste snijtanden of tegen de onderlip
• De onderlip is naar buiten gekeerd
• De bovenlip heeft geen nut en is daardoor kort en dik
• Er is geen contact tussen de lippen (ook al staan de tanden op elkaar)

Slikken

1. Normaal slikken: Het voorste deel van de tong glijdt tegen het verhemelte.
   Afwijkend slikken: Het voorste deel van de tong komt tegen of tussen de tanden. (tongpersen)
2. Normaal slikken: Het middelste deel van de tong wordt naar boven gedrukt tegen het verhemelte.
   Afwijkend slikken: Het middelste deel van de tong blijft plat in de mond. Er wordt geen afsluiting gemaakt waardoor het voedsel moeilijk naar de keel wordt verplaatst.
3. Normaal slikken: Het achterste deel van de tong staat schuin (hoek van 45°) en wordt tegen de wand van de keel gevormd.
   Afwijkend slikken: Het achterste deel van de tong is naar voor gericht en drukt tegen het verhemelte. Hierdoor kan de tong zijwaarts ontsnappen.

Duimzuigen

Mogelijke gevolgen van duimzuigen

• Mondademhaling ipv door de neus
• Chronische middenoorontstekingen
• Onevenwicht in de spieren van mond-gezicht (verzwakken van de lipspieren)
• Afwijkende tonghouding in rust
• Afwijkend slikken
• Verzwakking of vergroeiing van de duim en plaatselijke verdikking van de huid
• Neusspraak door het omhoogduwen van het gehemelte. Hierdoor wordt het neustussenschot scheefgeduwd en wordt één neusweg nauwer en kan sneller verstopt raken.
• Scheefbijten: bij het dichtbijten ontstaat een afwijking van de kinpunt naar links of rechts
• Gezichtsvervormingen (door afwijken van de tandpositie)
• Gebitsvervormingen

Wat kunnen wij doen

De therapie bestaat uit het aanleren van de juiste tongrustpositie en/of slikbeweging. Deze slikbeweging wordt stap voor stap aangeleerd en ingeoefend.  Het spreekt voor zich dat dit thuis verder ingeoefend wordt. In dit proces moeten de ouders ook de taak op zich nemen en dagelijks oefenen aan de hand van een oefenschema.  Het kind krijgt prenten (reminders) zodat hij bij het zien van deze prent denkt aan de juiste slikbeweging en tongrustpositie.